donderdag 22 januari 2009

Laat op straat.


Boezelmans:
Toen ze thuis kwam en de sleutel in het slot wilde doen, schreeuwde ik het haar nog toe. Ja, dat oom Japekop vlak achter de deur zat en van plan was te ontsnappen. Omdat hij boos was dat ze zo lang was weggebleven. Ik zei nog tegen oom Japekop dat ze elke week een avond weg was, dus dat dat niets bijzonders was. Dat ze ging koken voor mensen ja. Maar dat zijn we gewend, dus daar moet oom Japekop zich niet druk om maken. We hadden ons eten al gehad, dus was er eigenlijk helemaal niks aan de hand, maar oom Japekoppie dacht daar dus anders over. Dus toen ze de deur opendeed, is oom Japekop naar buiten geglipt. En het was al heel donker ja, en ik zei nog dat hij dat beter niet kon doen. Maar hij deed het toch. Ik hoorde haar boze dingen zeggen toen oom Japekop er vandoor ging. Ze had er niet op gerekend, al had ik haar dus gewaarschuwd, maar dat had ze niet begrepen. Toen ze een tijdje gewacht had en oom Japekop steeds maar niet terugkwam, ging ze hem zoeken. Ja, het was al ver na middernacht.


Eerst ging ze door de katbladstraat. Ja, ik hoorde haar roepen. Ze riep dus de naam van oom Japekop. Nee, hij was niet bij de tafels, want anders waren ze wel snel thuisgekomen. Toen ging ons mens door de steeg. Daar was oom Japekop ook niet.


Het was overal erg donker inderdaad. En toen ging ze door de parallelstraat naar de Kruidentuin toe.


Daar heeft ze dus ook foto's gemaakt om te kijken of hij tussen de struiken zat. Maar daar was oom Japekop dus ook niet.


Bij de opgebroken straat heeft ons mens ook nog foto's gemaakt. Nee, ook daar zag ze oom Japekop niet. Ik hoorde haar roepen ja, en toen kwam ze weer in de buurt van ons huis. Ze is ook nog naar de Hoftuin gegaan, maar ook daar was hij niet.


Ja, ze maakte overal foto's. Om te zien of oom Japekop zich ergens had verstopt. Maar hij liet zich dus niet zien.


Ze kwam wel Storm tegen. Ja, die loopt vaak 's nachts te zooien op straat. Nu zat hij op de tafel van de buren. De flits van de camera zie je in zijn ogen ja.

Nee, dit zijn dus geen ogen maar achterlichten van fietsen. Oom Japekop zat ook niet hier onder de tafel of tussen de planten. Ja, ze heeft echt wel goed gekeken hoor!


Zwarte Gijs liep ook nog rond. Hij was net op weg naar huis en had oom Japekop ook niet gezien. Tenminste, dat zei hij.


Storm ging ook naar huis. Omdat het al zo laat was ja. Maar nog steeds geen spoor van oom Japekoppie dus.


Toen hebben we nog boven uit het raam gekeken. Ja, het kon namelijk best zijn dat oom Japekop op het dak was, en omdat ik graag wilde helpen met zoeken heb ik heel goed mijn best gedaan om te zien of ik hem zag op het dak. En daarvoor had ons mens het raam opengezet.


Oma Troy was ook erg ongerust ja. Zij had ook al beneden voor het raam gezeten en was met ons mee gegaan naar boven om te kijken of Japekop daar was. Maar oom Japekop bleef maar weg. En toen hebben we heel lang gewacht. Nee, we wilden niet naar bed gaan zonder oom Japekop.
Toen, opeens, zat hij voor het poezenloket. Alsof er niks aan de hand was inderdaad. En toen heeft ons mens de deur voor hem opengedaan.

Hij deed net alsof er niks aan de hand was. Alsof hij niet urenlang midden in de nacht was weggebleven. Alsof wij ons dus voor niks ongerust hadden gemaakt. En hij begon te dreinen om eten, maar er stonden gewoon nog brokjes, want die staan er dus altijd.


Toen hij klaar was met dreinen, ging hij wat brokjes eten. En ik ging achter hem aan om te vertellen dat ik blij was dat hij weer terug was en dat we erg ongerust waren geweest.


Maar oom Japekop zei dat we ons niet zo moesten aanstellen en dat hij nooit in zeven sloten tegelijk zal lopen.
Toen zei ons mens tegen oom Japekop dat hij voortaan overdag maar minder moet slapen en meer moet gaan verkennen en het niet meer moet flikken om zo laat nog de straat op te gaan. En dat ze niet van plan is om in het vervolg nog zo lang op te blijven om op hem te wachten, en dat als hij nog een keer zo laat op straat gaat, hij maar de hele nacht buiten moet blijven, ook al vriest het 10 graden, dus onder nul. Of zoiets zei ze dus. Maar ik weet best dat ze dat niet meent want ze was hartstikke ongerust en wou niet naar bed gaan voor oom Japekop weer terug was.
Maar nu is alles weer goed. Dus nu kunnen we ook allemaal naar bed. En dan kunnen we rustig gaan slapen omdat we allemaal binnen zijn. Gelukkig maar. Heh?

2 opmerkingen:

Annemieke zei

Gelukkig kwam Japie toch nog terug! Wat een consternatie. En kan me goed voorstellen dat op blijft tot iedereen weer veilig terug is - je kunt toch ook niet echt slapen als er een weg is.

Anoniem zei

Dat je eraan hebt gedacht om je camera mee te nemen, geweldig.