dinsdag 30 juni 2009

Kattenmonster


Storm:
Dank u wel mevrouw Katblad, dat u mij even heeft geaaid. Erg fijn. U vindt mij magertjes? Ach, u voelde mijn werveltjes uitsteken! Ja, ik word er niet jonger op heh? Dus is het maar goed dat ik niet al te dik ben.



Ja, verder voel ik mij goed. Lig hier wat te soezen op mijn tafel, ja. Nee, niet veel te doen heh? Beetje benauwd inderdaad en daarom is het beter om niet al te druk bezig te zijn.



Heeft u trouwens dat ding al gezien? De plantenkat? Ja, het wordt een enorm ding. Met kippengaas en klimop. En dat alles in de vorm van een kat inderdaad.


Wel, wat vindt u ervan? U aarzelt. Niet mooi soms?
Ikzelf vind het een vreselijk geval. Dreigend ja, omdat hij veel te groot is. Straks, als hij volgroeid is, werpt hij een nog grotere schaduw over de straat en dan maakt hij iedereen aan het schrikken.


Ja, dan wordt mijn functie als "Schrik van de Straat" waardeloos. Dan neemt dat monster het van mij over. Nee, daar zit ik niet op te wachten. In 1 klap werkloos, wat u zegt. U kunt u mij natuurlijk helpen om dat te voorkomen. Wel, u haalt uw metaalschaar en dan wijs ik u wel aan waar u moet knippen. U heeft geen metaalschaar? Een plantenschaar dan? Oh, u wilt mij niet helpen. Fraai is dat. Nee, dan hoeft u mij ook niet meer te aaien. Ziet u Zwarte Gijs aan de overkant liggen? Gaat u die maar aaien. Of niet, dat moet u zelf dus maar weten.

Verloren bandje


Op de tafel buiten zagen wij opeens een poezenbandje liggen. De eigenaar was nergens te bekennen.



Het bleek dus het bandje van Oscar te zijn. Wij hebben het bandje naar het huis van Oscar gebracht en door de brievenbus gedaan. Misschien heeft hij het nu weer om. Wij vonden dat u dit moest weten.

maandag 29 juni 2009

Vreemde zitplaats?


Luna:
Nee, deze keer lig ik niet op een wielhuis maar boven op een struik, inderdaad. Ja, stevig genoeg hoor, ik zak er heus niet doorheen. U daarentegen zou hier beslist niet op kunnen plaatsnemen. Nee, dat raad ik u niet aan.



Ja, het werd me een beetje te druk in mijn straat. Eerst die Oscar en dat kleine, nieuwe mormeltje, toen kwam u er ook nog aan met die Boez en uw verkenner - Japekop ja -, dus u begrijpt wel dat het mij veel te vol werd. Ja, toen heb ik ervoor gekozen om hier te gaan liggen.



Sinds Jaya en Tummy hier niet meer wonen, is het hier wel erg stil ja. U begrijpt dat ik er als de kippen bij was om een stukje tuin tot het mijne te maken, heh? Ja, plek genoeg nu. Alleen Siep en Kaija wonen hier nog. Of ben ik nog iemand vergeten?




Ja, er woont nog iemand vlak naast mij. Kan ik toch even niet op de naam komen! Een schuw beest ja. Blond, ook dat nog inderdaad. Nee, heb ik verder maar weinig contact mee. Zie haar wel eens langsschuiven ja. Zit meestal tussen de struiken of je ziet haar ergens een hoek omgaan. Weet u wie ik bedoel? Nee?



Ach, daar zal je haar net hebben. Vlinder ja! Nee, die zal heus niet naast me komen liggen. Is heel erg op zichzelf. Heb ik geen bezwaar tegen nee, want ik ben ook nogal op mezelf.



Ziet u haar zitten? Ja, ik hou haar wel in de gaten. Voor het geval. Je weet namelijk maar nooit met die stille typetjes. En ik lig hier goed, dus waarom zou ik dan weggaan heh? Hoewel, als u hier zo blijft treuzelen, ga ik er dus wel vandoor. Als u nu nog snel een plaatje schiet van die Vlinder, kunt u vertrekken. Ja, dan heeft u hier wel weer lang genoeg rondgehangen. Ik zie u vast wel weer gauw, vrees ik. Tot dan ja.



Vlinder.

Mini-meisje gesignaleerd!


Eindelijk hadden we ze weer zover. Japekoppie en de Boez gingen met de fotograaf mee voor een reportage. Mevrouw Troy bleef liever thuis, maar gezien haar leeftijd waren we daar mee accoord. Bovendien moet er ook iemand op de redactie passen, heh?



In de parallelstraat kwamen wij Luna tegen. Zij zat weer op haar favoriete plek en zegt ook daarvoor een vergunning te hebben. Het kaartje zat achter de ruit van het wielhuis, zei ze, voor het geval we haar niet geloofden.... Wij geloofden haar.



De Boez stormde echter overal voorbij. Hij rende door de parallelstraat heen, langs Oscar en hield pas halt bij de Steeg van Storm. Op de foto ziet u hem nog net boven Oscar. Onder komt op zijn dooie gemakkie Japekop aanslenteren.
Wat hadden zij geen van allen gezien en de fotograaf wel?




Deze kleine uttel. Vol verbazing keek ze de drie grote jongens na. Van de fotograaf trok ze zich weinig aan en ze liet zich dan ook op de foto zetten. Toen ging ze in galop de ventjes achterna.



De ventjes hadden echter nog niets in de gaten. Ze waren een beetje aan het klooien gegaan. Om elkaar heendraaien, op- en af een tafeltje springen en meer van dat soort dingen.



De Boez zat ergens onder het tafeltje, Oscar deed net of hij hem aan het zoeken was. Japekop deed niet mee met dat spelletje maar volgde het wel.



Oscar was de eerste die de kleine had opgemerkt. Het kan ook zijn dat hij al wist van haar aanwezigheid (want hij was hier tenslotte al voordat de Boez en Japekop arriveerden), maar dat hij zich even had laten afleiden door de twee andere jongens. In elk geval verloor hij plotsklaps zijn belangstelling voor de Boez en stapte op de kleine af.




Japekop had haar nu ook in de smiezen gekregen. Nieuwsgierig kwam hij naderbij. Wij moeten hierbij nog vermelden dat er geen enkele sprake was van enige agressie of vijandigheid. Oscar en Japekop bleven uiterst kalm en kwamen stapje voor stapje dichter bij de kleine. Deze vond het toch verstandiger zich terug te trekken tussen de struiken.



Nou, over belangstelling had ze niet te klagen! De Boez was wel helaas aan de overkant van de straat gebleven. Het kleintje interesseerde hem geen klap. We vermoeden dat hij enigszins in zijn wiek geschoten was omdat Oscar geen verstoppertje meer met hem wilde doen.



Er volgde een kruip-door-sluip-door spelletje. Kleine tussen de struiken, Japekop en Oscar ook, dan de kleine weer uit de struiken en ga zo maar door.
Ondertussen kwam het zij-mens van de kleine naderbij. Zij had van een afstand toegekeken en de kleine in het oog gehouden. Ze vertelde ons dat het kleine meisje Mini heet en slechts 4 maanden oud is.
Wel Mini: Welkom in het Leidsch Katblad!! We horen vast nog wel meer over je!


Mini besloot om toch dan maar voorzichtig kennis te maken met Japekop. Maar toen Japekop zijn ogen wat verder dichtkneep, vond ze hem eigenlijk een engerd. En ze ging er in rap tempo weer vandoor.



Ja Mini, nu kun je wel denken dat je je hebt verstopt, maar je achterkant staat wel nog duidelijk zichtbaar op straat hoor! Ach, die kleintjes worden door schade en schande wel wijs. Een paar ontmoetingen met Bel en ze leert het snel! Bel de Franskat was overigens niet in de buurt. Daar waren wij stiekem best blij om. U snapt vast wel waarom.



We maakten nog wat foto's van dit schattige Mini-meisje. Toen werd de rust verstoord door wat groepjes fietsers en een jongeman die erg luid aan het converseren was met iemand die we niet zagen. U kent het verschijnsel wel. Ze komen zomaar je gebied binnen en nemen heel veel ruimte in met een onzichtbare gesprekspartner. Zo word je gedwongen kennis te nemen van een aantal intimiteiten of andere persoonlijke informatie, waar je dus niet op zat te wachten. In elk geval zaten de poezen er ook niet op te wachten, integendeel. Er brak paniek uit. De Boez vluchtte door de Steeg, Japekop en Oscar renden richting Kruidentuin. Het gezellig samenzijn was in 1 klap voorbij. De kleine Mini was tussen het gebladerte gedoken.
De fotograaf liep via de Kruidentuin terug naar de redactie. Geen spoor meer van Oscar of Japekoppie.


De Boez stond bij de redactie op ons te wachten. Charli was daar toevallig ook, druk bezig met het inspecteren van een potplant. Eigenlijk zouden enkele uren per dag de straten moeten worden afgezet, bedachten wij, zodat de katten ongestoord kunnen spelen en dollen. Weg met al die fietsen en wielhuizen en een verbod voor mobiele telefoons. Ja, zo zouden we het graag zien! Maar sommige wensen gaan nooit in vervulling. Te bizar zeker, heh?

zondag 28 juni 2009

Lavendel.


De Boez:
Ik heb wat gevonden ja. Een takje met bloemen. Nee, geen kattenkruid want het ruikt anders. Ruikt erg sterk, ja. Camera klaar? Dan beginnen we.



Even proeven. Mmmmmmm.



Yegggggghhhhh! Niet zo lekker nee.


Nog effe goed kijken. Gek takkie! Nee, smaakt niet goed. Rozenblaadjes zijn lekkerder inderdaad.



Nee, ik neem geen hapjes meer. Klaar met proeven ja. Goeie reportage zo? Te kort en niet interessant genoeg? Dan word ik maar geen journalist. Nee, teveel werk....

Alweer de pest in?


(op de foto: de Boez)
Japekoppie:
Hij heeft me mijn dak afgenomen. Die Zoebel inderdaad. Springt met het grootste gemak het raam in en uit en loopt al mijn plekkies af. Waar ik dus mijn inspecties moet uitvoeren, ja. Nee, daar ben ik niet blij mee. Hij verziekt nu mijn werk. Niet dat hij sproeit ofzo - nee, dat zou er nog bij moeten komen, zeg! Maar hij besnuffelt de boel voordat ik dat heb gedaan, en dat is niet zoals het hoort.



En nu staat hij te stampen op de keukenkoepel, hoor je dat? Ook dat is mijn ding ja, en dus niet van hem. Hij doet me in alles na, die Zoebel. En loopt me altijd in de weg, ook dat nog ja.
Nee, er is niet veel meer aan op die manier.



Die dakinspecties hebben dus totaal geen zin meer. Niet als hij als eerste buiten is geweest of zolang hij daar rondscharrelt. Daarom lig ik nu ook hier. Nee, ik ga dat dak niet op vanochtend want hij zit daar al. En daarover heb ik dus flink de pest in. Het was altijd mijn dak en nu heeft hij ook dat van mij afgepakt. En ik heb al zoveel in moeten leveren. Misschien dat ik vanavond nog even ga. Het dak op ja. Als hij met zijn vriendinnetje bezig is op straat. Dan heb ik het rijk alleen. Maar ik weet nog niet zeker of ik dat doe. Ja, ik zal wel zien of ik nog zin heb dan.....

zaterdag 27 juni 2009

Vijf uur lang de hort op.


Bohr:
De Boez zegt u? Nee, niet gezien. De hele avond niet, nee. Maar u zou mij toch eten komen geven? Straks zegt u? Kan het niet nu? Ik bedoel maar, ik hoef toch niet de dupe te worden van de escapades van die kleine van u? Als u nu even de sleutel gaat halen van mijn huis, kunnen we een en ander naar behoren afwikkelen. Voordat ik over mijn grootste trek heen ben inderdaad.



Harremans (rechts):
Nee, geen Boez gezien. Mijn broer Panda ook niet nee. U kunt hier wel gaan zoeken maar dat heeft geen enkele zin. Ja, vanmiddag was hij hier wel maar de laatste paar uur zijn hier geen vreemden meer binnen geweest. Daar hebben wij persoonlijk zorg voor gedragen ja.



Bonya:
Ik versta u niet! Wie gezien zegt u? Nee, die ken ik niet. Ik zit dan wel hoog en kan de Hoftuin wel zien ja, maar herkennen van hieraf doe ik niemand. Groeten doen aan Iwan zegt u? Ja hoor, doe ik!



Cera:
Ik ben hem ook al wezen zoeken. Nee, ik weet dus niet waar hij zit. Ja, ik verveel me inderdaad omdat de Boez er niet is. Hele tijd al weg ja. Uren inderdaad. Misschien mag ik nu zijn portie eten hebben? Nee?




Lima:
U bedoelt die ene die zo op mij lijkt? Nee, heb ik niet gezien. Misschien is-ie wel met Oscar op pad want die heb ik ook al een tijdje niet meer gezien. Nee, ik wil verder niet met u praten en ik zou het op prijs stellen als u dat ding niet meer liet flitsen. U maakt me er bang mee, ja. Kunt u alstublieft weer gaan?



Bel de Franskat:
Boez zoek? Ja, ik wil best even helpen zoeken. En dan geef ik hem graag van katoen want dat wil ik al een tijdje doen. Mijn hulp wordt dus niet op prijs gesteld? Wel, ik doe toch wel wat ik zelf wil; daar heeft u helemaal geen invloed op. Nee, u houdt mij niet tegen. En ik wens u dus ook geen succes.




Luna:
Mens, ik ziet hier wat te dutten dus ik zie helemaal niks van wat er om me heen gebeurt. Bovendien interesseert het me niks allemaal. Als ie zo nodig de hort op wil, moet hij dat gewoon doen. Ja, de zwoele avond heh? Je bent toch gek als je dan naar huis gaat om daar vervolgens binnen te gaan zitten? Zoekt u maar lekker verder en laat mij met rust, ja?




Siep:
Is het weer zover? Niet thuisgekomen voor de avondhap? Ja, dat is wel een tikje vreemd inderdaad. Serveert u wel het juiste eten? Nee, ik heb hem dus niet gezien. En anders had ik hem wel richting zijn huis geschopt want ik mag hem niet. Nee, ik mag eigenlijk niemand maar dat gaat u verder niks aan. Hoezo ben ik onder invloed? U ziet toch dat ik erboven (kattenkruid - red.) hang en er momenteel niet van zit te snoepen? Nou dan!




Rooie Gijs:
Waar komt u mij nu weer voor storen? Oh, is dat mormel van u zoek? Mag hij dan 's nachts niet buiten zijn? Wel, mijn mens doet niet zo moeilijk gelukkig. Ja, als ik buiten wil verblijven, mag dat. Nee, daar zegt verder niemand wat van en dat is maar goed ook. Stel je voor dat er voor mij bepaald zou worden wanneer ik binnen of buiten mag zijn! Ja, bespottelijk gewoon!

De Boez stond tenslotte pas tegen elf uur voor de deur. Waar hij heeft gezeten of waar hij vandaan kwam, zal wel een raadsel blijven. Toen wij hem binnen lieten, ging hij snel de kamer binnen en liet zich midden op de vloer neerploffen. Voor zijn bakje avondeten had hij geen belangstelling. Na een kwartiertje uitgerust te hebben, zette hij een keel op omdat hij weer naar buiten wilde. Wij stonden dat echter niet toe. In het donker is de gevaarlijke weg namelijk gevaarlijker dan ooit. En de Boez gaat erg ver van huis in de stilte van de nacht. Vandaar dus.....

Warm heh?


Vlinder:
Ha, mevrouw Katblad. Bent u wel goed bij uw hoofd om met deze hitte rond te lopen met uw camera? En geen kat gezien zeker? Wel, u boft dat u mij gevonden heeft. Dat was niet de bedoeling nee, dat ik zichtbaar zou zijn dus.



Ja, heerlijke schaduw hier. En wat koelte van de planten inderdaad. Nee, mij ziet u niet rondscharrelen in deze temperatuur. Bovendien moet ik om mijn vacht denken, heh? U begrijpt mij niet?



Wel, kijk maar naar uzelf. In Griekenland geweest? Ja, uw haar ziet er dus niet uit. Zeker veel
zon gehad? Ja, dat is te zien. Ik bedoel dat uw kopvacht behoorlijk verkleurd is. Normaal bent u niet zo blond toch? Wel, ik wil dus voorkomen dat ik er net zo idioot uit kom te zien als u. Ja, in mijn gewone doen ben ik mooi middenblond, zullen we maar zeggen, maar ik loop de kans dat dat verkleurd naar een onbestemd vaal oranje. Als ik tenminste in die felle zon ga ronddarren inderdaad. Vandaar dus! Dat ik hier in de schaduw lig ja. Maar nu hebben we wel weer lang genoeg gebabbeld, vindt u ook niet? Ja, ik zou graag mijn dutje hervatten. Dus als u mij niet kwalijk neemt?

vrijdag 26 juni 2009

Samen spelen.


Eerst vinden we Cera en de Boez in de buurt van de Kruidentuin. Niet dat we naar ze liepen te zoeken omdat we ongerust waren, maar af en toe wil je gewoon even weten wat ze uitspoken, heh? Wel, ze waren dus heel lief bezig. Cera moest even een plank markeren en de Boez vond dat een mooie gelegenheid om over haar heen te springen. Ze waren lekker bezig dus wij gingen weer terug om ons kluswerk (pergola beitsen e.d.) te kunnen hervatten.



Een tijdje later speelden de twee in de Hoftuin. Of zaten ze uit te rusten? We vonden de Boez tussen wat pollen hoog gras. Er moest daar heel nodig gesnuffeld worden.



Cera zat een paar passen verderop. Zij hoefde niet zo nodig tussen het gras te gaan zitten maar bleef netjes op het pad.


Het leek alsof ze erg belangwekkende dingen zag gebeuren verderop in de tuin, maar we denken nu achteraf dat ze ons voor het lapje hield; het was natuurlijk gewoon een afleidingsmanoeuvre!



De Boez had veel belangstelling voor de camera. Zou hij geweten hebben dat er van die schattige plaatjes van kwamen? Ja, de Boez ziet er hier best lief uit. Een lekker ding, zou je denken. Maar als u hem af en toe in de afzuigkap ziet hangen of hoort zeuren om middernacht omdat hij vindt dat hij naar buiten moet, dan praat u wel anders.




Cera ging vervolgens van de graspuntjes eten. Waarschijnlijk omdat deze toch wel een beetje aan de scherpe kant waren en dus nodig gesnoeid moesten worden. Natuurlijk is dat de taak van de tuinmannen Panda en Harremans, maar deze waren nergens te vinden.



We schoten nog 1 plaatje van ons snuitebolleke en gingen toen weer aan de slag. Inmiddels zijn we uitgebeitst en het resultaat mag er zijn. Maar daarover meer in een volgend bericht!