zaterdag 1 november 2008

UFO in Kruidentuin


Bel (de Franskat):
Sttt, Madame Katblad.. Hoort u iets? Non, ik bedoel niet de wielhuizen of de vogels. Ik bedoel iets heel anders. Nee, ik hoor zelf ook niets, maar het moet er zijn. Nou, een vreemd geluid! U weet niet wat ik bedoel? Kijkt u dan maar even in de struiken achter u.


Heeft u het gezien? U weet ook niet wat het is? Bien, volgens mij is het een UFO! Geland midden in de Kruidentuin, oui. Met een harde klap neergekomen gezien al die rondslingerende stukken. Non, ik kan er echt niets anders van maken, het moet een ruimteschip zijn of zoiets.


Hoorde u dat? Dat typische geluid? Ze kunnen nog niet ver zijn. De bemanning van dat ding, bedoel ik. En ik moet ze vinden. Als u met mij meezoekt, hebben we samen de primeur. Ik zie de krantenkoppen al: Knappe Franse Kat Ontdekt Ruimtewezens. En dat ben ik dan dus, die knappe kat. Maar dan moet ik ze wel vinden, natuurlijk!


Nee, ik heb nog geen sporen gezien, u wel? En het is jammer dat we niet weten hoe ze er uitzien, hein? Dat zou het zoeken een stuk makkelijker maken. Ze kunnen niet groot zijn, gezien de afmetingen van het ruimteschip. Formaat tuinkabouter zou nog net kunnen, maar dan had ik ze al gevonden in dit struikgewas. Als ze zo klein zijn als mieren, dan wordt het zoeken toch wel een probleem ja.


En als ze stil zitten te wezen en zich niet bewegen, heb ik helemaal een probleem. Of ze moeten een vreemd luchtje bij zich hebben, maar dan had ik ze al gevonden. Oui, wij katten zijn beter in luchtjes en geluidjes dan in zien, maar dat wist u natuurlijk al. Wilt u nog even kijken bij het ruimteschip? Of u daar wat ziet bewegen ja? Dan zoek ik hier nog even verder.


Niks te zien zegt u? Dat is nou jammer. Nee, ik zie hier ook nog niets. Ik ruik ook niets nee.


Wacht. Hoorde ik daar nu weer iets? Oh, was dat een wielhuis? Wel, ik had durven zweren dat het een ander soort gebrom was. In elk geval was het dan geen frans wielhuis want dat geluid had ik uiteraard onmiddellijk herkend.
U gaat er weer vandoor zegt u? U helpt mij dus niet verder zoeken naar de ruimtewezens? Dan moet ik vaststellen dat u mij in de steek laat, net op het moment dat wij samen geschiedenis kunnen gaan schrijven. Nee, u moet het zelf weten. Ik geef in ieder geval niet op. Mais non. Franse katten geven nooit op.

Gaat u dan maar, als u zo nodig weg wilt. Ik ga nog even dit struikgewas onderzoeken want daar was ik nog niet geweest. Nee, mocht ik de ruimtewezens vinden, dan ga ik dat nieuws niet met u delen maar hou ik het mooi voor mezelf. Ja, dan zoek ik voor de publicatie wel een ander katblad. Maar wilt u voor de zekerheid nog wel een wat betere foto maken van het ruimteschip? Ja, voor het geval dat het straks weer is verdwenen en niemand mij gelooft.


(Op verzoek van Bel dus nog een, wat duidelijkere, foto van het ruimteschip. Bel is ons daarna helaas niet meer komen vertellen of hij nog ruimtewezens heeft getraceerd; eigenlijk hebben wij hem helemaal niet meer gezien. Wij hopen dat hij niet door de wezens is ontvoerd, maar zullen u direct berichten als er meer nieuws is over deze zaak.)

Geen opmerkingen: