donderdag 5 februari 2009

Niets van aantrekken


Rooie Gijs:
Ik wil graag het volgende tegen u zeggen. Die kleine die achter u staat, de Boez ja, die komt dus niet in de Hoftuin, heh? Ja, dat kom ik u vertellen. Dat hij niet welkom is in onze tuin inderdaad.



Eigenlijk is het zo dat ik zelfs niet wil dat hij de straat oversteekt. Nee, hij mag zelfs niet zijn neus in onze Poort steken. Dat is wat ik u kom zeggen dus. En mijn woorden zijn vooral tegen die kleine gericht. Die achter u staat ja. U weet zeker dat hij niet doof is? Anders wil ik mijn woorden nog wel een keer herhalen en dan een beetje harder.



Ik hoop dat mijn boodschap goed is doorgekomen. En dat die kleine mij goed heeft begrepen. Laat ik hem dus niet betrappen op verboden gebied, anders zwaait er wat. Ja, mijn poot bijvoorbeeld.


Ik mag dan wel al op leeftijd zijn, maar mijn klauwen doen het nog best. En mijn reactievermogen is ook nog helemaal top ja. Moet ik het nog een keer komen uitleggen allemaal? Aan die ander bijvoorbeeld? Ja, die witneus die naar buiten is gekomen? Voor hem geldt natuurlijk hetzelfde. Maar dat weet hij wel al.



Wat? Hij noemt mij een ouwe chagrijn? Nee, niet die kleine maar die zogenaamde Verkenner A?
Ik krijg hem nog wel. Als hij alleen is ja. Nee, als ze samenspannen neem ik de benen, maar de rekening wordt dan later gepresenteerd. Daar kunt u zeker van zijn ja.


Dus u bent gewaarschuwd. Geen van allen welkom in mijn Hoftuin inderdaad. Knoop dat maar goed in uw oren.



Boez:
Wie was dat, oom Japekop? Voorzitter van de partij "Hof is Vol", zegt u? Wat is dat voor partij?
Niets van aantrekken? Stel ouwe gekken?

1 opmerking:

Anoniem zei

Wat zitten ze daar mooi eensgezind, Boez en Japekop.
Gijs moet niet zo zeuren. Hij komt regelmatig op ons terras, en dan zeggen wij toch ook niet dat het vol is? Terwijl er 3 katten wonen, en binnenkort 4. Dus Gijs: ik vind je ook een chagerijn.